Thursday, August 5, 2010

Koffie in het nevelwoud...

Nadat ik me geïnstalleerd heb op een bankje in de zon op het Bolivarplein in Medellín, schrijf ik vlug dit blogbericht.

Alvorens naar het noorden te gaan en de caraïbische zon op te zoeken, passeren we eerst de koffiestreek - eindelijk! - en Medellín.

Van verschillende backpackers hoorden we supergoede verhalen over Salento, een eerder klein koloniaal stadje in het hart van de zona cafetera. Al direct bij zonsopgang en een eerste wandeling naar de Plaza Mayor, zien we dat die niet gelogen zijn: prachtige witte gevels, kleurrijke poorten en deuren, een rustige sfeer en rustieke taferelen.

Niet alleen is Salento een "koffiedorpje" maar ligt het ook vlakbij het nationale park Los Nevados, met mysterieuze nevelwouden, enorme palm wax bomen - één van de grootste bomen ter wereld - en glooiende landschappen in de Valle Cocora. Een pittige wandeling brengt ons tot Acaime, een natuurreservaat. Hiervoor trotseerden we wel regenbuien, modderige "paden", af en toe een steile klim, kolkende rivieren, Indiana Jones´stijl brugjes... Inspannend allemaal, maar boven worden we wel beloond met kolibries rondsnorrend op een armlengte afstand, een energievolle "soep" met kaas. Later blijkt dat het geen soep is, maar een water dat eerst met superzoet brood werd vermengd, en er nadien terug uitgehaald werd - het heet "aguapanela". Er wordt dan ook hartelijk om mijn vergissing gelachen!

Terug in Salento - met de meer dan 50 jaar oude Willys jeep - besluiten we om een stapje in de wereld te zetten en probeer ik de eerste salsastapjes te doen. De "básico" lukt toch al, maar zwieren en ronddraaien gaat iets te ver.

Onze hosteleigenaar heeft twee jaar geleden een koffiefinca gekocht, en we krijgen er een rondleiding op zijn 12ha tellende domein. Ik besluit om de volgende ochtend naar de koffiefabriek zelf te gaan om te zien met wat voor een gedrevenheid de bonen manueel gezeefd, geselecteerd en gebrand worden. In de lokale koffiebar Jésus Martín, een van de betere in de streek, krijg ik tot slot een lekker zachte, maar toch straffe espresso gepresenteerd.

En nu op naar Medellín, laatste stop voor het noorden... Maandagavond laat, komen we toe in Terminal del Sur. Ik zie dat Camilo - van op het vliegtuig gebeld heeft - bel terug, en we spreken de volgende middag af. Samen met Judith en Judy - twee vriendinnen, wandelen we door de stad, hebben we een fantastisch zicht over Medellín vanuit de kabelbaan, en gaan we eten in de rijkere wijk Poblado. In een sushi-wok restaurant profiteren we van de 2 voor 1 actie op dinsdag, en het mag gezegd dit restaurant is ET proof ;-) Zijn vader komt ons oppikken en zet me terug af aan de hostal.

Medellín is anders een zeer westers aandoende stad, met veel hoogbouw, moderne pleinen, grote parken, shoppingcentra en een bovengronds rijdende metro. In de paar dagen dat we er zijn, heeft trouwens het Festival de flores plaats. In de Jardín Botánico bezoeken we de tentoonstelling "Orquídeas, pájaros y flores". De orchidee - nationale bloem, trouwens - staat centraal. We drinken nog iets - de Pony Malta is intussen onze favoriete frisdrank geworden - en ik ga op zoek naar een gitaar.

Nog wat voorraad inslaan voor de 15u durende busrit naar Cartagena van donderdagnacht en hop we zijn we voor de zon, zee en Bounty-reclame stranden...

2 comments: